Prunussen willen nauwelijks de grond uit

gepubliceerd in: De Gelderlander 22 maart 2004 door SUZANNE HUIBERS

ROZENDAAL/VELP – De berken, dennen en prunussen moeten eruit op de heide op het Rozendaalse Veld. Werd er tweehonderd jaar geleden alles aan gedaan om het gebied in bos te veranderen, nu willen we dat juist voorkomen.

Met grote kracht duwt Leen van ’t Leven zijn spade in de grond. “Dit valt niet mee”, zegt hij, “omdat deze prunus te hard is doorgeschoten. Deze had er al veel eerder uitgehaald moeten worden. Maar beter laat dan nooit.”

Van ’t Leven, werkzaam bij de fauna- en wildbeheereenheid Zuid-Oost Veluwezoom, helpt op zaterdagmorgen om negen uur mee met het heide schonen. Jonge berken, dennen en prunussen moeten uit de grond worden getrokken om te voorkomen dat de heide dichtgroeit. Vrijwilligers helpen daarbij.

Tweehonderd jaar geleden werd er van alles aan gedaan om op de schrale zandgrond bos te laten ontstaan. Maar dat wilde maar niet lukken. Alleen heide wilde groeien op de arme grond. Nu willen mensen daarentegen de heide bewaren en het landschap zo houden als het is. “Door de neerslag met veel voedingsstoffen (zure regen, SH) groeit de heide dicht”, vertelt Nienke Moll van de gemeente Rheden. “Vroeger werd de heide door boeren geplagd en door schapen begraasd. Maar dat zijn dure maatregelen.” De heide wordt wel jaarlijks gemaaid, vertelt Moll. “Door studenten van de praktijkschool.”

De gemeente Rheden en de Geërfden Velp hebben gebruikers van het Rozendaalse Veld gevraagd mee te helpen de heide te schonen. “Om de betrokkenheid van ruiters, zweefvliegers en hondenbezitters te vergroten.” De dennen op de heide trekken de vrijwilligers er makkelijk uit. Na een kwartier ligt er al een stapel langs de rand van het voetpad, vlakbij de parkeerplaats. “We zijn nu bezig in het hondenlosloopgebied”, zegt Moll. Maar over hondenpoep hoeven de vrijwilligers zich geen zorgen te maken. Dat wordt ’s nachts opgeruimd. “Door de wilde zwijnen”, vertelt Leen van ’t Leven. “Die eten het op. ’s Nachts komen ze hiernaartoe, omdat ze op zoek zijn naar mineralen. Ze eten alles waar dat in zit. Ook hondenpoep”, lacht Van ’t Leven. Hij pakt een zaag. “In delen krijg ik de prunus er wel uit.” Volgens Moll wordt de prunus ook wel bospest genoemd. De vrijwilligers merken waarom. “Moet je kijken wat een wortels!”